Fred Willems

1)             Vertel wie je bent en wat je kwijt wilt van je zelf en je familie!

 

 

 

Mijn naam is Fred Willems. Als middelste van 3 zonen geboren in Tilburg op 27 mei 1951. Op mijn 5e zijn we naar het diepe zuiden verhuisd, naar Meerssen. Na het behalen van mijn MTS-diploma, op mijn 21e, vond ik het thuis welletjes en ben ik erop uit getrokken, eerst naar Den Haag en later naar Zoetermeer. Daar ben ik ook getrouwd en heb ik 2 kinderen mogen verwelkomen, dochter Angela en zoon Bas.

 

 

 

Later ben ik weer richting zuiden vertrokken, dit keer omdat ik met mijn werk meeverhuisde en heb ik mijn stekje gevonden in Oosterhout, waar ik nu nog steeds woon. Helaas is in die tussentijd mijn huwelijk stukgelopen. Op dit moment heb ik een LAT-relatie met Els en ben ik sinds een half jaar opa van Kurt (zoontje van Angela en haar vriend Maarten).

                                         Bas en hoogzwangere Angela

2)       Heb je een baan?

 

Na de MTS ben ik in Den Haag gaan werken bij Philips Nederland. Ik heb me daar in de loop der tijd gespecialiseerd in het ontwerpen van militaire telefooncentrales. Na zo’n 10 jaar kwam ik in aanraking met het programmeren van software. Helaas waren er op dat moment geen vacatures in die richting en ben ik naar Ericsson vertrokken. Ook daar ben ik betrokken geweest bij militaire telefooncentrales, maar dan als C+-programmeur. Zelf noemden ze die functie software-ontwerper. Aangezien de kennis niet in Nederland aanwezig was, ben ik voor een periode van een half jaar in Stockholm geweest, een periode waar ik nog vaak met veel plezier naar terugkijk! Teruggekomen in Nederland had ik inmiddels een groot aantal nieuwe collega’s aan wie ik mijn opgedane kennis heb overgedragen.

Na de zoveelste reorganisatie bij Ericsson ben ik uiteindelijk terecht gekomen bij het Ministerie van Defensie waar ik nu nog steeds als burger werkzaam ben. In eerste instantie was ik in Breda Hoofd Technisch Beheer, met een scala aan diverse activiteiten en niveaus. Op eigen verzoek ben ik na zo’n anderhalf jaar overgestapt naar de op het gebied van Informatietechnologie ondersteunend onderdeel te Maasland. Aldaar begonnen als Functioneel Beheerder ben ik nu Productbeheerder, een functie die bij me past. Als een soort spin in een web draag ik de verantwoordelijkheid over een aantal diensten, van E-Commerce-achtige zaken tot netwerkbeheer. Deze diensten worden verleend aan alle Defensie-onderdelen en sinds een aantal jaren ook aan overige Ministeries.

Tijdens mijn loopbaan bij het Ministerie heb ik ook de gelegenheid gekregen mijn kennis te verrijken en heb ik zowel het AMBI-diploma als het diploma HBO Bedrijfskundige Informatica behaald.

 

3)       Hoe ben je er toe gekomen om te gaan sjoelen?

 Tot mijn 40e had ik nog nooit van sjoelen gehoord. Zoals ik hierboven al beschreven heb, is mijn huwelijk stukgelopen. Enige tijd later heb ik toen een nieuwe liefde gevonden. Deze vrouw vroeg me op een gegeven moment of ik een “potje” wilde sjoelen. Dat was het begin van een hardnekkige verslaving! Binnen de kortste keren wist ik van haar te winnen en ik wilde meer, beter worden. We zijn toen samen lid geworden van een sjoelclub en werden fanatieke toernooi-bezoekers. Helaas heeft dat niet lang mogen duren. Door een misverstand werden we door de clubleiding verzocht de club te verlaten. De verslaving was echter hardnekkig en sinds een aantal jaren ben ik weer teruggekeerd in de sjoelwereld, fanatieker dan ooit te voren. Hoewel ik niet het niveau van een topsporter heb, verbeter ik me elk jaar nog steeds. Buiten dat plezier voor het spelletje zelf kreeg ik van het clubbestuur van sjoelvereniging Bloemenoord uit Waalwijk de gelegenheid mijn oude liefde, het programmeren, weer te gaan toepassen. Na aanvankelijk de clubcompetitie te hebben geautomatiseerd, ben ik bij wijze van hobby de Zuid Bokaal gaan programmeren. Hiermee werd de wachttijd op de uitslagen aanzienlijk verkort en is het aantal fouten drastisch verminderd.

Het was voor mij een eer toen ik al vrij snel door de clubleiding gevraagd werd om de functie van secretaris op me te willen nemen. Een functie die ik heerlijk vind om te doen. Rustig achter de schermen werken aan het wel en wee van de vereniging. En ik moet zeggen, het is werkelijk een genot om bij deze gezellige vereniging bestuurslid te zijn. Uiteraard kan ik niet oordelen over andere verenigingen, maar ik ben ervan overtuigd dat Bloemenoord een van de gezelligste sjoelverenigingen is met leden die niet alleen maar komen sjoelen maar ook altijd bereid zijn te helpen indien dat gevraagd wordt.

Tenslotte ben ik medio 2009 gevraagd om secretaris van de Afdeling Zuid te worden. Dat was een moeilijke beslissing, immers, ongeveer driekwart van het bestaande bestuur werd vervangen en in de wetenschap dat ik ene Ernst Lambeck moest opvolgen, maakte het er niet gemakkelijker op. Hoe kon ik deze bestuurder pur sang op een goede manier opvolgen? Uiteindelijk heb ik besloten om die functie toch te aanvaarden, een beslissing waar ik tot nu toe geen enkele spijt van heb.

 

5)       Buiten het sjoelen heb je dan nog andere hobby’s?

Sja, eigenlijk blijft er weinig tijd over omdat ik heel veel tijd steek in het besturen van de vereniging en de afdeling. Gelukkig beschik ik over een, voor stadse begrippen, grote tuin. Daar ben ik volop in bezig en geeft mij veel plezier. Daarnaast heb ik een voorliefde voor fotograferen hoewel ik beslist geen goede fotograaf ben. Tenslotte kan ik mij helemaal afzonderen door naar muziek te luisteren, van klassiek tot hedendaagse pop. Het is mij niet gegeven om zelf muziek te maken, iets wat ik nogal betreur, maar verder dan trompetspelen vroeger in een harmonie, ben ik nooit gekomen.

 

6)       Wat vind je van het hedendaagse leven?

Het verbaast mij vaak dat er gesproken wordt over een recessie, terwijl de terrasjes overvol zitten. Als je ziet wat er allemaal gekocht wordt voor b.v. de Kerst, dan meen ik dat wij tegenwoordig beslist niet te klagen hebben. Wat een luxe leventje hebben wij toch ten opzichte van onze ouders! De tegenpool is natuurlijk ook aanwezig. Het is tegenwoordig bijna noodzaak om met z’n tweeën te werken om o.a. je huis te kunnen bekostigen. Neem nou als voorbeeld een gezin met 2 kinderen. Die zijn kapitalen kwijt om eens een dagje uit te zijn. Hoe moeilijk hebben onze kinderen het. Je moet HBO hebben om achter de kassa te kunnen gaan zitten, laat staan dat je ergens een vaste betrekking krijgt. Als ik zo om me heen kijk zie je ook dat van de kinderen steeds hogere eisen gesteld worden. Is het dan zo dat iedereen een academisch niveau heeft? Hoe zit het met die kinderen die dat niet hebben?

 

7)       Ga je wel eens op vakantie?

 

Toen ik nog jong was, heb ik Nederland verkend. Dat was in die tijd normaal. Tienertoer, fietstochten, etc. Geld om naar het buitenland te gaan was er niet in ons gezin.

Later heb ik dat dubbel en dik ingehaald. Ik heb jarenlang genoten van mijn vakanties in Turkije, voor mij een geweldig land met een schitterende natuur en historie. 

De laatste paar jaar is die animo wat verdwenen. Ik hou er nu meer van om korte tripjes te maken, zoals naar Schotland vorig jaar. Met de eigen auto het land in een week verkennen, contact maken met de bewoners daar, het liefste wat ik doe.

 

 

8)       Als je een grote prijs zou winnen, wat zou je daar mee gaan doen?

Dit is niet relevant voor mij aangezien ik principieel aan geen loterij mee doe.

Mocht er op een andere wijze ? een grote som geld naar mij toekomen, dan zal ik eerst aan mijn kinderen denken.

 

9)       Hou je van humor?

Een dag niet gelachen is een dag niet geleefd! Klinkt een beetje overdreven en is het dan ook. Ik ben een liefhebber van humor á la Toon Hermans. Simon Carmiggelt was ook zo’n droge humorist.

Zelf hou ik ook van woorden-humor. Een anekdote die me altijd bijgebleven is, is toen mijn huwelijk met Connie stuk ging, was: “Ik kon niet wat Connie kon, maar toen ik kon wat Connie niet kon, kon Connie niet meer”.

Ik kan bv hartelijk lachen als ik een Ice-age film zie, kan soms erg genieten van André van Duin, maar heb niets met zgn Amerikaanse humor, zoals in mijn tijd Lucille Ball.

Leuke humor kom je soms ook tegen bij het sjoelen. Laatst tijdens een toernooi stak ik mijn hand op om aan te geven dat ik 5 stenen vooraf wilde, zwaait het jurylid vermakelijk naar mij terug. Kijk, dat vind ik nou humor.

10)      Epistel

Soms zou ik willen dat de mensen wat verdraagzamer zijn, ook op sjoeltoernooien. Ik beluister vaak dat er over van alles en nog wat geklaagd wordt. Men staat er niet bij stil dat alles mensenwerk en tevens vrijwilligerswerk is. Sommige mensen maken zich nerveus voor een sjoelwedstrijd. Laten we daar oog voor hebben en accepteren dat dat zo is. Het voornaamste blijft toch het plezier dat je hebt door met je eigen “spelletje” bezig te kunnen zijn.

Fred Willems.